In Nederland worden de meeste kinderen ingeënt middels het rijksvaccinatieprogramma (RVP). De inentingen zijn niet verplicht, maar meer dan 95% van de ouders laat hun kinderen vaccineren. Waarom is het eigenlijk verstandig om je kinderen te laten inenten? En tegen welke ziektes ben je dan beschermd? Lees er alles over in dit artikel!
Waarom inenten?
Dankzij vaccinatie komen deze infectieziekten in Nederland niet of nauwelijks meer voor. Alle vaccinaties die kinderen in Nederland via het rijksvaccinatieprogramma krijgen verkleinen de kans op de ziekte waartegen ze bedoeld zijn. En als een kind de ziekte onverhoopt toch krijgt, is het verloop veel milder. Zonder inentingen ben je niet beschermd tegen de kinderziektes. Deze ziektes waren vroeger belangrijke doodsoorzaken bij kinderen. Ook kunnen ze ernstige gevolgen hebben, zoals verlamming. Bepaalde kinderziektes zijn juist gevaarlijk voor een volwassenen die de ziekte niet heeft doorgemaakt. Als zo’n volwassene in aanraking komt met een ziek kind, kan hij of zij ernstig ziek worden. Natuurlijk kent inenten risico’s. Maar wanneer een kind niet ingeënt is, zijn de risico’s veel groter. En gelukkig is het inenten van kinderen in Nederland helemaal gratis!
Tegen welke ziektes?
Als je kind mee doet met het rijksvaccinatieprogramma wordt hij of zij tegen 12 ziektes ingeënt:
- Baarmoederhalskanker (HPV, deze enting krijgen alleen meisjes van 1 jaar)
- Bof
- Difterie
- Hepatitis B
- Hib- ziekten (bacteriele infecties van de hogere luchtwegen, zoals de neus en de mond)
- Kinkhoest
- Mazelen
- Meningokokken C
- Pneumokokken
- Polio (kinderverlamming)
- Rodehond
- Tetanus
Wanneer?
Als een kind 4-6 weken oud is krijgt hij of zij een uitnodiging voor deelname aan het rijksvaccinatieprogramma. De eerste fase van inentingen loopt vanaf de geboorte tot een leeftijd van 14 maanden. Daarna zijn er nog vaccinatiemomenten: bij 4 jaar, 9 jaar en bij meisjes nog één keer in het jaar dat ze 13 worden.
Fase 1
- 6-9 weken
- Prik 1: DKTP (Difterie, kinkhoest, tetanus, polio) – Hib (Haemophilis influenzae type B) – Hepatitis B
- Prik 2: Pneumokokken
- 3 maanden
- Prik 1: DKTP – Hib – Hepatitis
- 4 maanden
- Prik 1: DKTP – Hib – Hepatitis B
- Prik 2: Pneumokokken
- 11 maanden
- Prik 1: DKTP – Hib – Hepatitis B
- Prik 2: Pneumokokken
- 14 maanden
- Prik 1: BMR (Bof, mazelen, rode hond)
- Prik 2: MenC (meningokokken C)
Fase 2
- 4 jaar
- Prik 1: DKTP
Fase 3
- 9 jaar
- Prik 1: DTP (Difterie, tetanus, polio)
- Prik 2: BMR
Fase 4
- 12 jaar
- Prik 1: HPV (Humaan Papillomavirus) 2 keer één prik
